Premièreperikelen VEENKRACHT, dansen op het veen.
Een creatief proces met inspiratie en veel transpiratie leidt uiteindelijk tot een
voorstelling. Een voorstelling die er uitziet zoals je je maanden eerder ongeveer
voor ogen had. Met voor jezelf verrassende en vooraf niet verwachte wendingen.
Een proces onder druk. Altijd, want dat drijft het creatieve in ons, theatermakers,
aan. Druk die je jezelf, als natuurlijk, aandoet.
Ver van te voren werden data en locaties voor de première afgesproken. Heilige
data, want in de theaterwereld geldt dat de show, hoe dan ook, door moet gaan….
Zonder rekening te houden met wat de tijd verder, bijvoorbeeld privé, in petto
heeft. Ziekte, een overlijden en andere persoonlijke gebeurtenissen bemoeien
zich met het proces. Ondertussen moeten de voorbereidingen doorgaan:
schrijven, muziek maken, mensen bijeenbrengen, dansvideo’s en informatieve
video’s maken, zaken uitproberen, repeteren, decor maken en de vele techniek
bedenken, vormgeven en programmeren.
De voorschouw op 8 juli 2017 in het Keramisch Museum was een door Marion
gelezen en gezongen presentatie op basis van ongeveer de halve voorstelling.
VEENKRACHT in de dop dus. Goede reacties en een mooie TV-reportage waren
ons deel.
Na een zomer knetterhard werken en dealen met de nodige afleiders, werd het vanzelf tijd voor de eerste voorstellingen. Wel met het gevoel dat er meer fysiek gerepeteerd had kunnen worden. Het parool: vol positieve energie gewoon doorgaan. En dat deden we, Marion, Ellen en Wim, met o.a. de geweldige hulp van de mensen van onze technische ondersteuner Addlight.
Van Dunagro kregen we, door de vakantie pas op het allerlaatste moment, platen van veenkoloniale hennepvezel voor de decorstukken. De laatste lijmnaad van de tafel was nog niet eens droog toen we vrijdag 22 september voor het eerst de hele technische decorconstructie in elkaar knutselden. Inclusief alle licht-, video- en geluidsapparatuur en heel veel kabels. Te gast in het Keramisch Museum Goedewaagen te Nieuw Buinen mochten we daar hun centrale ruimte omtoveren tot een heus theatertje.
In dat Keramisch Museum vond, in een gesprek met conservator Friggo Visser, de geboorte plaats van wat uitgroeide tot VEENKRACHT en dus was daar de eerste voorstelling. Op 23 september speelden we er wat we noemden de voorpremière, eigenlijk de eerste try-out, eigenlijk de generale repetitie en technische doorloop. Jezelf meteen in het diepe gooien is ons niet onbekend, vandaar. Met succes, want zelf waren we niet ontevreden en de staande ovatie toonde duidelijk de waardering van het publiek. Wederom werd bovendien een fraaie TV-reportage ons deel.
Nog wat bijschaven en het vertrouwen in een goede première groeide nog meer. Tsja en dan vergeet je de hardhouten theaterwet, die zegt dat een slechte generale een goede première geeft en dat, helaas, het omgekeerde ook waar is. Natuurlijk helpt de wet van Murphy, als die de kans krijgt, graag mee.
We voelden ons zeer welkom in het Veenkoloniaal Museum, waar we 29 september om 10 uur arriveerden met alle flightcases en andere spullen. De voorstelling zou net passen in de filmzaal, wisten we. Dat was ook wel zo, maar de publieksruimte was nog smaller dan gedacht en de stoelen stonden met een middenpad en recht achterelkaar, dus zonder verspringing. Toen lieten we een professioneel steekje vallen, waar we bij aanvang van de voorstelling al flink spijt van hadden: we lieten de stoelopstelling ongemoeid en gingen zo ‘s avonds de première in.
Meer mensen dan verwacht, dus ook de achterste rijen gevuld, wat ongewenste omkleedvertragingen en nog het een en ander zorgden ervoor dat we niet tevreden waren over de premièrevoorstelling van VEENKRACHT en dat – nog belangrijker – een deel van het publiek ontevreden was over de ronduit belabberde zichtlijnen. Zo had, net als Wim helemaal achterin achter de knoppen, een behoorlijk aantal mensen geen glimp opgevangen van het brok ruw glas, dat een centrale rol speelt in de voorstelling. Gelukkig waren er ook (zeer) positieve reacties en kregen we van theatervrienden eerlijke en nuttige feedback. Toch kwamen we met een fikse kater thuis en baalden van het feit dat we niet hadden ingegrepen.
De volgende dag op tijd weer aanwezig, meteen de stoelopstelling aangepast en goede zichtlijnen gecreëerd. Overdag hadden we al een aantal details in scenes aangepast en kostuum- en lichtwisselingen versneld. 30 september speelden we ‘s avonds dan ook de goede en bedoelde voorstelling. Gelukkig, goed gevoel. Na afloop bleef het publiek nog minuten lang zitten om de voorstelling op zich te laten inwerken. Een bijzonder fenomeen, dat we niet eerder hadden meegemaakt. De reacties waren overweldigend.
Tijdens het afbreken en opruimen zondagmiddag 1 oktober kwam een medewerkster van het museum ons nogmaals deelgenoot maken van haar genieten van de voorstelling. Een mooie basis om op voort te borduren. Wij zijn er dus klaar voor om VEENKRACHT overal te brengen waar mensen ons hem willen laten spelen. Met de hulp van mogelijkmakers. En wij beloven natuurlijk extra kritisch te blijven, zodat heel het publiek “VEENKRACHT, dansen op het veen” perfect kan ervaren.
Marion en Wim Maters, Ellen Vierveijzer, Rink Vegelin.